Integrated Pest Management (IPM) is een uitgebreide aanpak voor het beheren van plagen op een ecologisch duurzame en effectieve manier. IPM combineert verschillende methoden en technieken voor ongediertebestrijding om economische, gezondheids- en milieurisico's te minimaliseren. De belangrijkste principes van IPM zijn:
1. Identificatie van ongedierte:Een nauwkeurige identificatie van de plaagsoort is van cruciaal belang voor het selecteren van geschikte bestrijdingsstrategieën.
2. Toezicht:Er worden regelmatig controles uitgevoerd op de plaagpopulaties om te bepalen of er bestrijdingsmaatregelen nodig zijn en om de effectiviteit van de gebruikte strategieën te evalueren.
3. Preventie:Bij IPM ligt de nadruk op het voorkomen van plaagproblemen door middel van teeltmaatregelen, zoals vruchtwisseling, goede sanitaire voorzieningen en het gebruik van plaagresistente rassen.
4. Actiedrempels:Bestrijdingsmaatregelen worden alleen toegepast wanneer de plaagpopulatie een niveau bereikt dat onaanvaardbare economische of esthetische schade kan veroorzaken, de zogenaamde actiedrempels.
5. Meerdere controletactieken:IPM maakt gebruik van een combinatie van bestrijdingsmethoden, waaronder biologische, culturele, fysieke en chemische methoden, om plaagpopulaties effectief te beheersen en tegelijkertijd de afhankelijkheid van chemische bestrijdingsmiddelen tot een minimum te beperken.
6. Evaluatie:Doorlopende evaluatie en registratie zijn essentieel om de effectiviteit van het IPM-programma te beoordelen en de nodige aanpassingen door te voeren.
Het doel van IPM is om plaagpopulaties op acceptabele niveaus te houden en tegelijkertijd de risico's die gepaard gaan met overmatig gebruik van pesticiden te minimaliseren. Door verschillende controletactieken te gebruiken en het ecosysteem als geheel te beschouwen, streeft IPM ernaar om op de lange termijn duurzame oplossingen voor plaagbeheer te promoten.
IPM wordt op grote schaal toegepast in verschillende sectoren, waaronder landbouw, tuinbouw, bosbouw en stedelijke omgevingen, omdat het economische, milieu- en gezondheidsvoordelen biedt. Het helpt de resistentie tegen pesticiden te verminderen, beschermt niet-doelorganismen en promoot een duurzamere aanpak van plaagbeheer.